Met duizenden klanten op praktisch alle continenten heeft REMIRA perfect zicht op wereldwijde ontwikkelingen waar Nederlandse bedrijven hun voordeel meer kunnen doen. Johan van Hemert deelde de belangrijkste op het gebied van ICT e Logistiek op de gelijknamige beurs.
Met de Angelsaksische markt als voorloper is sprake van een fundamenteel veranderend sentiment bij inkoop en gebruik van logistieke software.
Drie trends springen er daarbij uit:
Er is sprake van innovatie-scepsis, te veel ICT-projecten lopen leveren niet wat beloofd wordt of lopen uit in kosten en tijd. Dus ondanks alle vernieuwingsdrang vooral is er vooral vraag naar bewezen technologie én implementatieprocessen. Gebruikers worden ook sceptisch naar leveranciers, zij willen niet meer 90% investeren om 20% aanvullende functionaliteit te verkrijgen Legacy blijft populair, de uitdaging is de koppeling hiervan met innovatie. Er is behoefte aan betere, vroegtijdiger en betere planning van nieuwe producten, niet alleen voor verdere efficiency van bestaande processen. De machtsbalans verandert daardoor. Gebruikers hebben het méér voor het zeggen en dat verplicht leveranciers om andere verdienconcepten te ontwikkelen. Traditioneel bepaalt een beperkt aantal grote spelers de spelregels, de tarieven en de toekomst. Dat is men zat.
Je ziet het aan gezamenlijke acties waarin branches en overheden eigen alternatieven willen ontwikkelen naar open standaarden willen. In Nederland loopt de zorgsector hierin voorop, maar het is zeker niet uit te sluiten dat dit ook in supply chain-land gebeurt.
Er is een toenemende compliancevraag van toezichthouders, overheden en consumenten rond product én proces. Méér wet- en regelgeving, méér kritiek vanuit de samenleving. Dit speelt vooral in de VS en de EU. Er is enorm veel nieuwe data nodig om aan deze vraag te voldoen. Dus is er een andere informatiehuishouding gewenst en zijn de eisen van Governance, Compliance & Transparency van toenemende invloed op ICT-keuzen. Bedrijven moeten dus méér functies inzetten om tot een goede keuze te komen. Dat is soms lastig, als de ene ambitie botst op de andere. Om tot goede keuzen te komen is het slim om buiten de eigen sector te kijken. Neem het voorbeeld van de grootste kipverwerker vande VS. Een enorm bedrijf dat echter kampt met een wisselende, niet-voorspelbare grondstofaanvoer waar uit één basisproduct wel tien vervolgproducten en -processen volgen, waarbij overheid en consument willen dat alles traceerbaar is. het doel is nul procent afval en verspilling en duurzaamheid en cost-efficiency gaan dus samen. De oplossing is een systeem dat vooral goed is in omgaan met onzekerheden:
Krijg ik vandaag honderd eenheden binnen of duizend?
Hoe zorg ik ervoor da al die sub-producten die eruit ontstaan, op tijd op de juiste plek in de keten belanden? Dit voorbeeld uit de food is toepasbaar in andere productiesectoren waar sprake is van waardevolle en onvoorspelbare leveringseenheden. Denk aan metaal.
Met name in VS is sprake van fundamentele omwenteling. De Vendor Lock In heeft zijn langste tijd gehad: aankoop van ICT gebeurt op voorwaarden van de klant. Bijvoorbeeld door implementatie los te koppelen van de initiële aankoop en onderhoudskosten en inspanningen jaarlijks te heronderhandelen. Processen komen dus qua kosten en management los te staan van technologie-aanschaf. Daarbij komt dat met name grote gebruikers méér grip willen op doorontwikkeling van technologie. Dat leidt tot co-creatie en financiering van innovatie door leveranciers, in ruil voor inhoudelijke invloed. Verantwoordelijkheid over innovatie wordt dus steeds meer gedeeld. Europa kan dit alles sneller en beter invoeren dan in de Angelsaksische cultuur omdat hier open contractonderhandelingen en faire tariefstelling meer gebruikelijk zijn.
Het Rijnlandse model van samenwerken is ook in dit opzicht nog heel erg levend
Meer weten?
Stuur een e-mail voor aanvullende informatie!